Skip to main content
 
 
 
 
1
1

Natuurontwikkeling

Vier goede redenen voor wilde bloemen

Er zijn redenen genoeg om wilde bloemen toe te passen. Ten eerste draagt u bij aan een goede leefomgeving voor allerlei bestuivende insecten en andere dieren. Daarnaast maakt u met wilde bloemen in openbaar groen of tuin uw leefomgeving mooier en beter. Wilde bloemenweides zijn bovendien vaak gemakkelijker en voordeliger dan gangbaar groenbeheer. Maar misschien nog wel het belangrijkste: met wilde bloemen inspireer je volgende generaties om met grote zorg om te gaan met onze dierbare planeet.

Spelenderwijs komen uw kinderen en kleinkinderen in aanraking met natuur en gaan er van houden. En waar je van houdt…!

Wat is een bloemenweide

Een bloemweide is een veld bestaand uit verschillende soorten bloemen en grassen. Bij bloemenweides van inheemse wilde planten onderscheiden we verschillende types, ieder met haar eigen ontwikkeling en beheer. Een bloemenweide is géén natuur, maar cultuur waarbinnen ruimte is voor natuurlijke processen. Om een bloemenweide in stand te houden, moet deze dus beheerd worden door mensen. We onderscheiden verschillende soorten bloemenweides:

Akkerbloemen

Akkerbloemen zijn meestal éénjarige planten die zich door de eeuwen heen hebben gespecialiseerd in het gedijen op akkers. Deze pionierssoorten kunnen uitstekend samengroeien met landbouwgewassen zoals granen. Akkerbloemen hebben dan ook een jaarlijkse cyclus van grondbewerking nodig zoals op een akker gebruikelijk is. Als deze cyclus doorbroken wordt, zullen de soorten verdwijnen. Veel van deze planten zijn sinds honderden, zo niet duizenden jaren meegevoerd met granen en andere gewassen vanuit Oost- en Zuid Europa en zijn strikt genomen niet inheems. Toch worden ze door hun eeuwenlange aanwezigheid wel tot de Nederlandse inheemse flora gerekend. Door schaalvergroting, overbemesting en herbiciden zijn de akkerbloemen vrijwel verdwenen uit onze landbouw.

Ruderale bloemenweides

Ruderale vegetaties ontstaan vaak op plaatsen waar de grond regelmatig, maar niet per se jaarlijks verstoord wordt en kun je daarom ook ‘storingsvegetatie’ noemen. Ruderale soorten gedijen vaak goed in bewoond gebied, zoals boerenerven, verlaten moestuinen, rondom composthopen en braakliggende terreinen. Deze begroeiingen bestaan uit éénjarige akkerbloemen, tweejarigen en (vaak kortlevende) meerjarige soorten. De soorten in ruderale mengsels zijn rijkbloeiend en geven meteen vanaf het eerste jaar na inzaaien een kleurrijk resultaat. Een niet te schrale, normale bodem is gewenst.

Bloemrijk grasland

Een bloemrijk grasland bevat naast grassen ook veel meerjarige bloemen. In een bloemrijk grasland wordt de bodem niet of nauwelijks verstoord en wordt jaarlijks één tot twee keer gemaaid. De bodem moet relatief schraal zijn of jaarrond zeer vochtig. Door het maaisel steeds af te voeren, kunt u de bodem verschralen. Bloemrijke graslanden kwamen zo’n vijftig tot honderd jaar geleden nog op grote schaal voor in Nederland. Door een eeuwenlange constante cyclus van maaien en hooien (en dus afvoeren) door boeren zijn deze bloemrijke hooilanden ontstaan. Mede door schaalvergroting en overbemesting in de landbouw zijn veel van deze bloemrijke graslanden verdwenen. Op een voedselrijke bodem groeien grassen sneller en bieden daardoor meer concurrentie aan de bloemplanten. Naast het verlies van een grote variatie aan bloemsoorten is ook de bijbehorende fauna verdwenen. Voor veel insecten, bijen en vlinders zijn veel inheemse bloemen van essentieel belang voor hun voortbestaan. Door het opnieuw creëren van bloemrijke graslanden dragen we bij aan het herstel van de biodiversiteit. De herintroductie op natuurlijke wijze, dus door wind, water, vogels en andere dieren, is een zeer langzaam proces. Dit kan soms enkele honderden tot duizenden jaren in beslag nemen. Door in te zaaien met wilde bloemenzaden wordt de natuur een handje geholpen en wordt dit proces aanzienlijk versneld.

Onderbegroeiing

Een kruidachtige onderbegroeiing is een essentieel onderdeel van een houtige begroeiing. Onder bomen en struiken is de concurrentie met grassen vaak veel minder, doordat er weinig zonlicht beschikbaar is. Hierdoor hebben bepaalde bloemen een betere kans. In een structuur van bomen, struiken en kruiden kunnen veel dieren voedsel en schuilmogelijkheden vinden.

Dakvegetatie

De laatste jaren neemt de belangstelling voor dakbegroeiingen sterk toe. Meestal bestaat deze uit een mengsel van sedumsoorten op een zeer dunne substraatlaag van vijf tot zes centimeter. Helaas kan sedum maar beperkt bijdragen aan de biodiversiteit. Als uw dak een dikkere substraatlaag toelaat, dan zijn er veel meer mogelijkheden. Op een substraatlaag vanaf tien of liever meer centimeter dik met een goed waterbufferend vermogen zijn mooie bloemrijke kruidenvegetaties te maken.

Uw groen is bij ons in goede handen!

Neemt u gerust eens contact met ons op of komt u eens langs.